Deze Maserati 250F is de verwezenlijking van de historische Grand Prix en staat te koop in Engeland bij Fiskens. Naast een beest op de circuits is dit een kunstwerk op wielen waar je uren naar kan blijven kijken.
Toen de regels in 1954 in de Grand Prix werden gewijzigd naar maximaal 2,5 liter motorinhoud moesten de fabrikanten creatief zijn om concurreren te blijven. De nieuwe Maserati 250F werd gebouwd op een buisvormig chassis met aluminium bodypanelen. De ophanging was aan de voorzijde onafhankelijk, de achterzijde beschikte over een de Dion achteras. Maserati was niet in staat om een eigen team te financieren en werden dit soort auto’s gekocht door particulieren. Zo nam ook Juan Manual Fangio plaats achter het stuur van een 250F die meteen de Grand Prix van Argentinië in 1954 op zijn naam zette, de eerste van twee overwinningen voor zijn vertrek naar het nieuw gevormde Mercedes-team. Daarna was het de beurt aan Stirling Moss die het volledige seizoen van 1954 zijn eigen particuliere 250F racete. Het was grotendeels te danken aan zijn inspanningen dat de 250F zo succesvol was. Moss zou later hebben gezegd dat het ‘de mooiste Formule 1-auto om te besturen was’.
In het kielzog van Fangio en Moss, benoemde Maserati Jean Behra en Luigi Musso als fabrieksrijders voor het seizoen in 1955. Chassis 2516 boekte mooie resultaten met Behra aan het stuur door Pauronde te winnen, gevolgd door een overwinning in Bordeaux. Andere coureurs van 2516 dat seizoen waren Perdisa en Mieres. Na het einde van het seizoen werd een coureur met de naam Reg Hunt, een Australiër, aangesteld als coureur. Hij kocht 2516 en stuurde hem ‘down under’ waar hij het volgende decennium een intense racecarrière genoot. Hunt was zeer succesvol in de 250F voordat hij deze aan Bib Stillwell verkocht, die de Maserati inzette bij de Grand Prix van 1957 in Nieuw-Zeeland. Het jaar daarop keerde hij 2516 terug naar de fabriek in Modena voor een aantal updates en hij bleef schitteren met vergrote remmen, een Bellmouth carburateur, haaienkieuw koelgaten en een nieuwe body met een versterkte neus.
Meerdere eigenaren genoten vervolgens van de 250F tot deze werd gekocht in de vroege jaren ’60 door de beroemde verzamelaar en historische racer, Cameron Millar, die altijd dol was op de auto en beweerde dat het zijn favoriete 250F was. Terugkerend naar Europa in 1963, onderging de 2516 een volledige restauratie, nam deze uitgebreid deel aan historische evenementen had zelfs nog een rol in de film ‘Fangio’ met Fangio zelf achter het stuur. In de jaren tachtig kwam de 250F in handen van Anthony Mayman, die regelmatig deelnam aan VSCC- en BRDC-wedstrijden, waarbij de auto werd uitgeleend aan diverse vrienden om te racen, waaronder Rodney Felton, Sir John Venables-Llewelyn, John Harper, Ludovic Lindsay en Bill Morris. Begin jaren negentig verwierf Thomas Bscher de 250F. De huidige eigenaar heeft de bloedstollende Maserati sinds 2004 in zijn bezit en genoot met volle teugen op de Goodwood Revival en The Oldtimer Grand Prix.
Een dergelijke auto mag eigenlijk niet ontbreken in een serieuze collectie, auto’s of kunst, de prijs is helaas op aanvraag.
Deel hieronder je mening over deze Maserati!